Christus, de Zoon van God, belijdeniscatechisatie Hervormd Amstelveen, avond 9

Vorige keer hebben we het gehad over de uitverkiezing. Over de leer dat God mensen van eeuwigheid verkiest om zalig te worden. Dit doet Hij niet om iets in hen, maar alleen door het offer van Jezus Christus. In Christus kan Gods liefde uitgaan naar verloren zondaren. Hij ziet hen aan in Zijn Zoon en dan zijn ze alsof zij nooit zonde gekend of gedaan hebben. Vanavond willen wij het gaan hebben over de Zoon van God, de hoop van de wereld, onze Heere Jezus Christus. 

Door: J.W.J. Treur

Bijbelstudie

En God zag al wat Hij gemaakt had, en zie, het was zeer goed. Gen. 1:31a

Dit is een ontdekkend woord. Ook u bent zeer goed geschapen. Maar u bent met uw volle wil van God vervreemd geraakt! Daardoor bent u in al uw wegen goddeloos, verkeerd en verdorven. U hebt al uw uitnemende gaven verloren en bent nu zonder vrije wil een slaaf van de zonde geworden. Deze schrikbarende werkelijkheid grijpt ons aan en houdt ons vanuit dit woord vast!
Zo heeft God gezien naar de aarde of er één mens goed, dat is rechtvaardig, en verstandig was. Maar er was er niet één! Toen Hij niemand meer had om naar te zien, heeft Hij gezien… naar Zijn Zoon. Nu wordt – o wonder! – Christus de Eerstgeborene genoemd van alle creaturen en de Eerstgeborene uit de doden. De goddelijke goedkeuring is van Genesis 1:31 van de eerste Adam overgedragen naar de tweede Adam! Van de eerste Adam geldt nu: Hij deugt niet, hij is zeer kwaad. Maar van de tweede Adam geldt nu: Hij is zeer goed, Hij beantwoordt volledig aan Mijn doel, in Hem heb Ik een bijzonder welbehagen. Hij is in alles gehoorzaam geworden, heeft de vloek gedragen en gerechtigheid aangebracht. Hij is helemaal goed.

Wanneer zijn wij weer goed? Wanneer beantwoorden wij weer aan ons doel? Wanneer zijn wij weer goed voor God? Met het antwoord op deze vraag staan of vallen wij voor eeuwig! Wij zijn alleen goed voor God, wanneer wij herboren worden uit water en Geest en in Christus zijn. Al wat aan Hem is, is goed. Al wat aan ons is, is verkeerd. Zie hier het wonder: Wij worden als goddelozen gerechtvaardigd en in Christus overgebracht.
Hoe dit kan? Dat moet u zelf ervaren! Want dit gebeurt door de Heilige Geest, Die niet voor niets Gods goede Geest wordt genoemd. Deze Geest handelt doelgericht en schenkt het geloof. Hij twist met de zondaar. Genesis 1:31 blijft gelden, maar in een Ander!
Hier voltrekt zich het wonder, dat een mens in Christus verdwijnt en zo één met Hem wordt, dat de Vader geen haar van de oude Adam meer ziet maar hem geheel in Christus aanziet!
Daarom heeft het gebed: Zie ons niet aan in onszelf, maar zie en aanschouw het aangezicht van Uw Gezalfde, zo’n diepe zin!

Hier gaat God rekenen. Hij gaat Christus met al Zijn werk toerekenen aan de zondaar en heeft alle zonden Christus toegerekend. Wondere ruil! Onbeschrijfelijk wonder! Christus wordt tot zonde gemaakt, opdat wij zouden zijn rechtvaardigheid Gods in Hem. Kan het duidelijker beleden worden? Rechtvaardig voor God in Christus. Maar dan is ook uw werk goed, al is uw gang kreupel en gebrekkig. Want mag u wandelen in de goede werken, die God in Christus heeft voorbereid. Amen.(1)

Jezus Christus

Vanavond hopen wij samen na te denken over Jezus Christus. Onze kennis over Hem komt uit Gods Woord. Om Jezus Christus volledig te begrijpen zijn vier dingen belangrijk om te weten:

1. Jezus Christus is volledig goddelijk.
2. Jezus Christus is volledig menselijk.
3. De goddelijke en menselijke naturen van Christus zijn onderscheiden.
4. De goddelijke en menselijke naturen van Christus zijn compleet verenigd in één Persoon.

Eigenlijk is één les niet genoeg om alles van de Christologie (de leer over Christus) te behandelen. Daarom maken we keuzes. Eerst willen we kort inzoomen op Zijn Persoon (waarachtig God en mens) en vervolgens op Zijn werk.

Waarachtig God

De Kerk belijdt, dat Christus tegelijkertijd waarachtig God en waarachtig en rechtvaardig mens is in één Persoon. Anders gezegd: Christus is tegelijk volledig God en volledig mens.
Hij is niet een soort schijnmens met een goddelijke binnenkant. Dat Christus waarachtig God is, leert de Schrift ons door de goddelijke namen die aan Christus toegekend worden. Christus wordt op vele plaatsen Gods Zoon genoemd.
Christus heeft niet alleen goddelijke namen, maar ook goddelijke eigenschappen. Welk schepsel kan zeggen het leven te hebben in Zichzelf? Van wie kan als schepsel gezegd worden dat hij er was voor de schepping van de wereld? Alleen van de eeuwige Zoon van God. Het Woord was bij God en het Woord was God (Joh. 1:1). En dit Woord is vlees geworden. Op dezelfde wijze spreekt Christus van de heerlijkheid die Hij bij de Vader had, eer de wereld was (Joh. 17:5).
Omdat Christus waarachtig God is, kan Hij ook goddelijke werken doen op de aarde. Hij vergeeft de zonden, wat niemand kan dan God alleen (Mat. 9:1-8, etc.). Christus maakt evenals de Vader levend die Hij wil (Joh. 5:21). Christus kan getuigen, dat de Vader aan de Zoon al het oordeel gegeven heeft (Joh. 5:22).
Vanwege dit alles, is het geen godslastering, dat Christus goddelijke eer opeist en ontvangt. Hij spreekt Zelf over dezelfde eer voor Hem als voor de Vader (Joh. 5:23). Daarom kan Paulus schrijven, dat alle knie in hemel en op aarde zich moet buigen in de Naam van Jezus en dat alle tong moet belijden dat Jezus Christus de Heere is (Fil. 2:10,11). Thomas werd daarom niet door Christus berispt toen hij uitriep: “Mijn Heere en mijn God” (Joh. 20:28).
De Kerk weet en belijdt dat de Zaligmaker ook waarachtig God moet zijn, omdat een mens nooit de toorn van God tegen de zonde van het hele menselijke geslacht had kunnen dragen.(2)

Betekenis van Jezus’ Godheid

-Wij kunnen God persoonlijk kennen door Jezus Christus.
Niemand heeft ooit God gezien; de eniggeboren Zoon, Die in de schoot van de Vader is, Die heeft Hem ons verklaard. Joh. 1:18
-Er is redding mogelijk door Jezus Christus.
Want er is één God. Er is ook één Middelaar tussen God en mensen, de mens Jezus Christus.
1 Tim. 2:5
-De opgestane Christus is naar de hemel opgevaren. Daar zit Hij aan de rechterhand van God. Hij bidt nu als de hemelse Hogepriester voor de uitverkorenen.
Want wij hebben geen Hogepriester Die geen medelijden kan hebben met onze zwakheden, maar Een Die in alles op dezelfde wijze als wij is verzocht, maar zonder zonde. Hebr. 4:15
-Het dienen en prijzen van Christus is onze opdracht als christenen. Juist omdat Christus God is, moet de mensheid tot Zijn eer leven.

Waarachtig en rechtvaardig mens

Christus werd als mens geboren te Bethlehem. Vanaf het moment van Maria’s maagdelijke ontvangenis van Jezus, is Zijn goddelijke natuur voor eeuwig verenigd met Zijn menselijke natuur. Het Woord werd vlees: waarachtig mens in geschapenheid en afhankelijkheid (Joh. 1:14). Christus kwam dus niet zomaar in menselijke gedaante, Hij is echt mens geworden met de wezenlijke elementen van de menselijke natuur: met een lichaam en een ziel.
De volgende feiten bevestigen dat Jezus Christus een echt mens is geworden:

-Jezus had een menselijke geboorte en stamboom.
-Jezus had een menselijk lichaam. Hij groeide, had honger en dorst, kon vermoeid zijn en was sterfelijk.
-Jezus had een menselijke geest en gevoelens.
-Na Zijn opstanding uit de doden, heeft Jezus nog steeds een menselijk lichaam.
Zie Mijn handen en Mijn voeten, want Ik ben het Zelf. Raak Mij aan en zie, want een geest heeft geen vlees en beenderen, zoals u ziet dat Ik heb. Luk. 24:39
Jezus is met Zijn opgestane lichaam, voor de ogen van de discipelen, opgevaren naar Zijn Vader.(3)

Betekenis van Jezus’ mensheid 

-Jezus laat zien hoe de mensheid eigenlijk hoort te zijn.
-Hij heeft als mens de Wet volbracht (niet afgeschaft!!).
Want zoals door de ongehoorzaamheid van de ene mens velen als zondaars aangemerkt worden, zo zullen ook door de gehoorzaamheid van de Ene velen als rechtvaardigen aangemerkt worden. Rom. 5:19
-Jezus is de Tussenpersoon tussen God en mens. Doordat Hij God én mens is, is Hij de brug tussen de heilige God en de zondige mens.
-Hij heeft medelijden met onze zwakheden, omdat Hij weet hoe moeilijk het is om in deze zondige wereld te leven.
-Jezus’ leven is een voorbeeld voor ons.
Want hiertoe  bent u geroepen, omdat ook Christus voor ons geleden heeft; Hij laat ons zo een voorbeeld na, opdat u Zijn voetsporen zou navolgen. 1 Pet. 2:21

Zijn werk

Met goede vrijdag herdenken wij het verzoenend lijden en sterven van Jezus Christus. Hierdoor verzoende Hij de uitverkorenen met God de Vader. Verzoenen betekent zoveel als: herenigen, vredestichten. Als wij de verzoening bezien vanuit Christus mogen wij zeggen dat Hij de Hogepriester is Die het offer brengt en tegelijk het offer is(!) Christus heeft Zichzelf geheel vrijwillig aangeboden. Een offer wordt immers niet genomen, maar gebracht. Christus heeft geheel vrijwillig gebogen in de hof van Gethsémané. Zo heeft Hij Zich gesteld in het brandpunt van Gods toorn. Hij heeft Gods toorn gestild door Zichzelf als een onberispelijk offer te offeren.(4) Jezus heeft voor ons aan de eis van Gods Wet voldaan. Daarom noemen wij het werk van Christus ook wel: verzoening door voldoening.

Wat een wonder is het dat goddelozen in de veroordeling van Christus hun vrijspraak en in Zijn vloek hun zegen mogen omhelzen. De geschiedenis van de moordenaar aan het kruis laat dat kostelijk zien (Luk. 23:39-43). Door het woord van Christus: “Vader, vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen”, werd zijn hart getroffen. Hij zag ineens wie Christus was en zo in Christus wie hijzelf was. Hij begon iets te begrijpen van de ernst van Gods toorn en hij raakte daar zo van doordrongen, dat hij zijn makker erop aansprak: “Vreest gij ook God niet, daar gij in hetzelfde oordeel zijt? En wij toch rechtvaardig, want wij ontvangen straf, waardig hetgeen wij gedaan hebben; maar Deze heeft niets onbehoorlijks gedaan.” Tegelijk had hij uit en door het geloof van Christus voor schuldigen moed gevat en zo bad hij: “Gedenk mijner, als Gij in Uw Koninkrijk zult zijn gekomen.” En wat kreeg hij te horen? “Heden zult gij met Mij in het paradijs zijn.” Volkomen vrijspraak.(5)

De belijdenisgeschriften 

HC, Zondag 6, vr. & antw. 18: Maar wie is deze Middelaar, Die tegelijk waarachtig God en een waarachtig rechtvaardig Mens is?
Onze Heere Jezus Christus, Die ons van God tot wijsheid, rechtvaardigheid, heiligmaking, en tot een volkomen verlossing geschonken is.

Vr. & antw. 19: Waaruit weet gij dat?
Uit het Heilig Evangelie, hetwelk God Zelf eerst in het paradijs heeft geopenbaard, en daarna door de heilige patriarchen en profeten laten verkondigen, en door de offers en andere ceremonieën van de Wet laten uitbeelden, en ten slotte door Zijn eniggeboren Zoon vervuld.

NGB, art. 22, Van onze rechtvaardigmaking door het geloof in Jezus Christus
Wij geloven, dat, om ware kennis van deze grote verborgenheid te verkrijgen, de Heilige Geest in onze harten ontsteekt een oprecht geloof, hetwelk Jezus Christus met al Zijn verdiensten omhelst, Hem eigen maakt, en niets anders meer buiten Hem zoekt.
Want het moet noodzakelijk volgen, óf dat niet al wat tot onze zaligheid van node is, in Jezus Christus zij; óf, zo het alles in Hem is, dat degene, die Jezus Christus door het geloof bezit, zijn gehele zaligheid heeft.
Nu, dat men zeggen zou, dat Christus niet genoegzaam is, maar dat er nog naast Hem iets anders nodig is, pleegt grove godslastering; want daaruit zou volgen, dat Christus maar en halve Zaligmaker is. […] Maar wij bedoelen niet, dat het het geloof zelf is, dat ons rechtvaardigt; want het is maar een instrument waarmee wij Christus, onze rechtvaardigheid, omhelzen. Maar Jezus Christus, ons toerekenende al Zijn verdiensten en zo vele heilige werken, die Hij voor ons en in onze plaats heeft gedaan, is onze rechtvaardigheid; en het geloof is een instrument, dat ons met Hem in de gemeenschap van al Zijn goederen houdt; welke, de onze geworden zijnde, ons meer dan genoegzaam zijn tot onze vrijspreking van onze zonden.

De volheid van Christus is ons alles

Het is de waarheid dat er een volheid in Christus is; en het is waar dat God wil dat wij geheel en al uit die volheid leven. Zonder door het geloof uit die volheid te leven, zullen onze zielen onmogelijk kunnen groeien en bloeien.
Het is geen volheid voor Hemzelf alleen; maar al wat Hij in Zichzelf is, dat is Hij voor ons. God geeft ons geen halve maar een hele Christus. In Hem hebben wij genoeg; wij hebben geen ruimte over voor meer.
God is bevredigd en het gemoed van de gelovige is bevredigd. Hier rust God. Laat dit ook onze rustplaats zijn. Hij geeft rust aan de ziel van de zondaar. Wie anders kan dit doen?
Door het geloof van Christus te leven, is het edelste leven dat ooit bestond. Zo zijn wij wat Hij is, want Hij is de onze. Wij bezitten al de waardigheid van Zijn Persoon, de verdiensten van Zijn kruis en de rijkdom van Zijn genade voor onszelf. Het is onze grote zonde, onze schande en ellende dat we op andere voorwerpen zien dan op Hem alleen.  -Thomas Charles

Komt, laat ons samen Isrels Heer’,
den rotssteen van ons heil, met eer,
met Godgewijden zang ontmoeten!
Laat ons Zijn gunstrijk aangezicht
met een verheven lofgedicht
en blijde psalmen juichend groeten!
(Ps. 95:1 berijmd)

Samenvatting:

Jezus Christus is volledig goddelijk
Jezus Christus is volledig menselijk
De goddelijke en menselijke naturen van Christus zijn onderscheiden
De goddelijke en menselijke naturen van Christus zijn compleet verenigd in één Persoon
Christus’ werk noemen wij ook wel: verzoening door voldoening
Het geloof is het instrument waardoor wij verenigd worden met Christus


Citaat

Het is de waarheid dat er een volheid in Christus is; en het is waar dat God wil dat wij geheel en al uit die volheid leven. -Thomas Charles




1  G. Boer, Ik ben de Alpha : bijbellezingen over Genesis 1  (Houten: Den Hertog, 1988), 218-21.
2  R. van Kooten, Aan Zijn voeten: onderwijs en verdieping in de geloofsleer  (Heerenveen: Groen, 2008), 141-43.
3  HC, Zondag 18, vr. & antw. 49: Wat nut ons de hemelvaart van Christus?
[…] Ten andere dat wij ons vlees in de hemel tot een zeker pand (verzekering) hebben, dat Hij, als het Hoofd, ons, Zijn lidmaten, ook tot Zich zal nemen […]
4  Ibid., 158.
5  Ibid., 159.

Vaak gelezen posts:

Inleiding JV GG Beekbergen, Een schokkende realiteit...

Bijbelstudie: Openbaring 3:14-22